van rijles naar rijonderwijs

Eind vorig jaar zijn Arjan en Johanna naar een bijeenkomst geweest, deze ging over de kwaliteitsverbetering van rijles naar rijonderwijs. Het rapport “van rijles naar rijonderwijs” is in 2021 opgesteld door dhr. Roemer (SP) en dit rapport wordt inmiddels door meerdere partijen gedragen. Dit past ook helemaal bij de visie van Verkeerscentrum, waar wij in de toekomst nog meer aandacht aan willen geven. In deze blog delen we meer over deze visie.

Deelnemen aan het verkeer moet niet lichtzinnig bekeken worden. Wij merken nog vaak dat leerlingen ‘even snel’ hun rijbewijs willen halen. Veilig deelnemen aan het verkeer vereist goed verkeerstechnisch inzicht, goede voertuigbeheersing en de juiste houding. Het is belangrijk dat toekomstige bestuurders hierin goed worden opgeleid. Ouders reageren vaak verbaasd als we delen dat gemiddeld 40-45 uren autorijles nodig zijn. “Vroeger was dit veel minder” reageren ouders vaak. En dat klopt.

Het verkeer is de laatste jaren enorm veranderd, het verkeersaanbod is een stuk hoger dan voorheen. Het aanleren om complexe verkeerssituaties op te lossen kost tijd. Tijdens het examen wordt van de leerling verwacht dat hij/zij een behoorlijke mate van zelfstandigheid kan laten zien. Een van de onderdelen die daarvoor worden gebruikt is met navigatie rijden en zelfstandig een goede plaats en uitvoering van een bijzondere verrichting toepassen.

Tijdens de bijeenkomst was er ook aandacht voor het relatief hoge aantal jonge bestuurders dat betrokken is bij ernstige ongevallen. Er ligt veel (mobiele) afleiding op de loer.

Om een goede opleiding te geven is het belangrijk dat verschillende groepen dezelfde visie hebben. Om de kwaliteit van de rijopleiding te verbeteren, wordt een vijftal maatregelen voorgesteld welke zijn gericht op rijopleidingen voor het rijbewijs B. Nadat de voorgestelde maatregelen zijn ingevoerd voor rijbewijs B, kunnen deze ook voor andere rijbewijsopleidingen worden doorgevoerd.

Er wordt gedacht aan een nationaal leerplan voor zowel de theorie als de praktijkopleiding. Op dit moment bepaalt iedere instructeur zelf zijn opbouw voor de rijlessen. Verkeerscentrum werkt volgens de RIS methode, Rijopleiding in stappen. Dit geeft een goede structuur en heeft een goede lesopbouw. Ook voor de toekomst wordt voorgesteld om de theorie en praktijkopleiding op te bouwen in diverse modules. Hierdoor verloopt het leerproces op een systematische wijze van eenvoudige naar meer complexe taken en van eenvoudige naar meer complexe verkeerssituaties.

Het rapport omvat veel aandachtspunten, hierbij een paar van de belangrijkste:

Introduceer een standaard nationaal leerplan theorie en praktijk voor de rijopleiding rijbewijs. Dit leerplan beschrijft de leerdoelen, de leerstof, de leermethoden en de wijze waarop de leerstof moet worden geëxamineerd. Het is zowel sturend voor de inhoud en de vorm van de rijopleiding als voor de inhoud en de vorm van het rijexamen.

Bouw de theorie- en praktijkopleiding in fasen of modules op. Door de theorie- en praktijkopleiding in modules of fases op te bouwen, verloopt het leerproces op een systematische wijze van eenvoudige naar meer complexe taken en van eenvoudige naar meer complexe verkeerssituaties.

Introduceer een verplicht landelijk leerlingvolgsysteem voor theorie en praktijk. De rijschool (theorie en/of praktijk) legt hierin de leervorderingen vast en de leerling heeft hier toegang toe en maakt zelfreflectieverslagen.

Bouw per leerling een leerportfolio op. Tijdens de rijopleiding worden de leervorderingen vastgelegd in het landelijke leerlingvolgsysteem. Het leerportfolio documenteert wanneer de verplichte voortgangstoetsen en verplichte opleidingsonderdelen zijn uitgevoerd en met welk resultaat. Bij verandering van rijschool of rijinstructeur blijft het leerportfolio bestaan.

Voer een systematiek van collegiale toetsing in tussen rijinstructeurs. Met een collegiale toets wordt de afhankelijkheid van de leerling in de een-op-een relatie doorbroken. De uitkomst van de collegiale toets wordt vastgelegd in het leerlingvolgsysteem. De momenten waarop een collegiale toets uitgevoerd moet worden (bijvoorbeeld na welke module) wordt vastgelegd in het nationale leerplan.

Voer een systeem van permanente verkeerseducatie in, waarbij op gezette momenten in het basis- en voortgezet onderwijs sprake is van verkeerseducatie.

De volgende maatregelen moeten de kwaliteit van het rijexamen bevorderen:

Laat het theorie- en praktijkexamen bestaan uit meerdere toets momenten. De leerling moet starten met een eerste theorie-examen gericht op regelkennis en -toepassing. Dit eerste theorie-examen moet gehaald zijn voordat de tussentijdse praktijktoets wordt afgenomen. In een latere fase doet de leerling het theorie-examen gevaarherkenning. Bij het afsluitende rijexamen wordt het hele leerportfolio betrokken en meegewogen in het eindoordeel.

Voer een meer competentiegerichte beoordeling in. Nastreven van een meer integrale beoordeling van iemands sterke en zwakke punten bij het praktijkexamen en daarbij aansluiten bij de beoordelingen door de rijinstructeur en de zelfevaluatie die vastgelegd zijn in het verplichte leerlingvolgsysteem.

Neem die onderdelen die niet betrouwbaar en valide te toetsen zijn in het examentraject, verplicht op in de opleiding. Denk daarbij aan elektrisch rijden, gebruikmaken van ADAS en Talking Traffic, en aandacht voor sociaal en verantwoordelijk verkeersgedrag.

Newsletter

Blijf op de hoogte

Blijf op de hoogte
van de leukste acties!

Altijd als eerst op de hoogte van het laatste nieuws en de leukste acties? Schijf je in voor de nieuwsbrief!

bookus

Volg een
proefles

Maak je liever eerst even kennis voor je start?
Vraag dan direct een proefles aan!